Geen Lowlands

Het is vandaag de Lowlands-vrijdag, en ik ben vanmorgen niet brak wakker geworden van een brandend zonnetje op mijn tent. Ik betrad vanmiddag niet het maagdelijke festivalgras, voelde de brommende bas niet in mijn buik tijdens de eerste show en zit nu niet met een aangename buzz ergens op het terrein van een biertje te genieten…

Geen keuzestress, geen thuiskomgevoel bij de eerste stappen op het festivalterrein, geen wandelingen over het terrein met verrassende straattheateracts, geen heerlijke momenten op de Alpha-heuvel, geen gehang voor de tent, geen malibu-appelsapontbijt op zondagochtend…

Geen tranen in de ogen bij intense en ontroerende optredens, geen verbazing over hoe sommige mensen er op maandagochtend nog hetzelfde uitzien als op vrijdagmiddag, geen thuiskomgevoel, niet dansen tot ik erbij neerval…

Ik ben er niet.

Och, Lowlands toch… Tot volgend jaar?

Image

Tot zondag!

banner

Ik weet dat zo’n 99% van mijn toch al niet zo heel grote lezerspubliek Bakkerijer is en dat de reclame die hieronder volgt zodoende niet veel meer is dan preken voor eigen parochie… Maar toch: voor sommige dingen kun je nooit genoeg reclame maken.

Als je komende zondag nog niets in je agenda hebt staan, heb je echt geen enkel excuus om het Uit Je Bak Festival in Castricum te missen. Sterker nog: zelfs al staat er wél iets in je agenda, dan is het tijd voor een change of plans. De vrijwilligers van De Bakkerij hebben de afgelopen tijd keihard gewerkt (en de drukste dagen moeten nog komen: opbouw, het festival zelf en afbouw) en ik weet zeker dat ook het festival ook dit jaar weer een daverend succes gaat worden.

Wat er te zien en te horen is? Punkrock van Translated, hiphop van Double G & The Ouzo Family en Skiggy Rapz, funk van Koffie en Wet T-shirt Contest, pop van Cherry Camino en Saint Helena Dove, chiptune van Men of Mega, blues van Black Bottle Riot en electro van Daily Bread… En daarnaast zijn er ook nog verschillende theateracts en kunst te zien. Keuze genoeg dus!

Maar wat ik toch het allermooist vind van het festival, zijn de vele enthousiaste vrijwilligers die alles geven om de dag goed te laten verlopen, van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat. Als ik zondag ergens een paar minuten over heb, dan zit ik waarschijnlijk even ergens glunderend op een bankje om me heen te kijken naar het overweldigende resultaat. Laat me dan maar even.

Nog niet overtuigd? Dan moet je even de sfeerbeelden van Emil Kuijs bekijken:

Lief Lowlands…

Oh doctor, doctor help and let me know
If you can find a cure or antidote
You know I’ve always been true to you my friend
Hope that you can help me out again
— The Zutons – Zuton Fever

Het is bijna tien jaar geleden dat ik voor het eerst op een vrijdagmiddag ergens in augustus het maagdelijke gras van een evenemententerrein bij Biddinghuizen betrad. Lowlands 2004. De allereerste band die ik op het festival zag, was The Zutons. Ik was overdonderd. Het festival werd een jaarlijks ritueel; de afgelopen negen jaar heb ik geen editie gemist.

Morgen begint de voorverkoop voor 2013, maar voor de eerste keer in tien jaar ga ik geen kaartje kopen. Iets wat ik me een aantal jaar geleden niet had kunnen voorstellen, want ik na die eerste keer was ik hooked. En hoewel er tegenwoordig heel stoer wordt gepraat over hoe mainstream Lowlands is geworden, en dat het gewoon niet meer zo leuk is als eerst, heb ik het festival de afgelopen paar jaar niet met minder plezier bezocht dan toen in 2004. Eerlijk is eerlijk: Lowlands was steeds één van de beste weekeinden van het jaar.

Maar dit jaar ga ik niet. Ik zit morgen niet om kwart voor 10 met een bak koffie te stuiteren achter mijn computer. Ik voer geen gestreste telefoongesprekken met vrienden; ‘wie heeft er al kaartjes weten te scoren?!’

Eén reden daarvoor is duidelijk: we hebben een huis gekocht. En komen veel dingen bij kijken, van notariskosten tot bouwkundig rapport tot nieuwe vloer, en geen van die dingen is helaas goedkoop. Helaas kun je je geld maar één keer uitgeven, en nergens vliegt het harder je portemonnee uit dan op Lowlands. Grootmoeder spreekt: ik weet nog dat de prijs van mijn kaartje in 2004 onder de honderd euro was, en dat muntjes één euro kostten. Eén biertje was twee muntjes; twee euro. Vorig jaar betaalden we 175 euro, en 2,60 per biertje. Het moet toch gezegd worden: zowel de tickets als de drankjes zijn in de afgelopen tien jaar dus enorm veel duurder geworden. Inmiddels kun je een leuke week op vakantie van het geld dat je uitgeeft tijdens drie dagen Lowlands. En misschien kies ik dit jaar dan wel een keer voor die vakantie.

Maar als ik even terugdenk aan The Zutons in 2004, Röyksopp in 2005, The Veils of Arctic Monkeys in 2006, The Whitest Boy Alive in 2007, Elbow in 2008, mijn eigen optreden in 2009, Jack Parow in 2010, Flogging Molly in 2011 en The Movits in 2012… dan doet het toch een klein beetje pijn dat ik voor het eerst in tien jaar het gevoel van thuiskomen op Lowlands moet missen.

Lief Lowlands, ik kom vast nog wel een keertje terug… Maar alsjeblieft, denk aan mijn portemonnee en die van velen met mij. Volgende keer iets schappelijkere prijzen, iets kleinere namen, misschien een podium minder? Mijn plezier zal er niet minder om worden; het is en blijft Lowlands.

Lowlands 2012: HOT!

We’re rowdy, girls make our judgement cloudy,
But when the sun comes through we’re still alcies,
We don’t wanna be lowsy, or shameless,
But we’re running round like we’re brainless

— Rizzle Kicks, Down with the Trumpets

Ik weet niet hoe het precies zo gebeurde, maar in één week maakten de weersverwachtingen een dramatische verandering door. Eerst werd er koel en wisselvallig weer voorspeld voor het Lowlandsweekend (ik begon me al af te vragen of ik tóch weer aan de regenlaarzen moest…), maar enkele dagen voor het festival waren de vooruitzichten ineens zomers, zinderend heet, zonovergoten en zonder een enkele druppel regen. Niet dat dat me ervan weerhield om een paraplu, een regenjas en twee poncho’s in mijn tas te stoppen, want het is en blijft Lowlands, Nederland.

Donderdag
Hoewel de reis eigenlijk old school met de trein zou geschieden (voor mij en 4 anderen, althans), werd er woensdagavond op het laatste moment een auto extra geregeld. Zodoende verzamelde donderdag bijna de hele club op het Raadhuisplein te Castricum om 4 auto’s vol te proppen met rugtassen, weekendtassen, koeltassen en in de hoekjes waar nog ruimte was: Lowlandsgangers. De heenreis was een jolige rit in colonne over de snelweg, met verbazingwekkend weinig files. Aan het begin van de middag stonden we dus al in de brandende zon voor de poort. Zo’n drie uur later spoedde ik me met de eerste paar voordringers van de club door de poort, over de brug, door het stof, naar camping 3, alwaar wij neerstreken en wij op de allermooiste plek een heerlijk ruim stuk gras bezetten voor de hele groep.
   Nadat de rest was gearriveerd en gesetteld, en er twee partytenten waren gekocht en in elkaar geknutseld, waren we er helemaal klaar voor. Na nóg een keer een uur in de rij (nog ‘even’ de backpack uit de auto halen), was het tijd voor donderdagavond: Gentlemen’s Club. De snorren, stropdassen, overhemden, hoeden, bretels, pijpen, sigaren, monocles, etc. werden uit de tas gevist voor een stijlvol feestje in gentleman-stijl. Gelukkig hebben we de foto’s nog.

Vrijdag
Voor alles een eerste keer. In mijn hele Lowlands-geschiedenis had ik tot afgelopen editie nog nooit op vrijdagochtend in de rij gestaan voor de douche. De combinatie van zweet, zonnebrand, aftersun en nog meer zweet had er echter voor gezorgd dat ik me op donderdagavond al zó smerig voelde, dat deze vrijdagochtenddouche onontbeerlijk was. Toen was het tijd voor de eerste show: Rizzle Kicks, een vrolijk rappend Brits duo dat een zomers feestje bouwde in de Bravo. Een hoog laat-je-horen-en-handen-in-de-lucht-gehalte, maar dan op zijn Brits: ‘ik zou me vereerd voelen als je Y wilt roepen als ik X roep’. Gentlemen! Ik kan me herinneren dat ik het heel heet vond tijdens de show, maar toen wist ik nog niet wat het woord ‘heet’ eigenlijk inhield (zie ook: Zondag).
   Van Rizzle Kicks naar de Alpha-heuvel om te chillen en met een half oor te luisteren naar Ed Sheeran. Leuk voor de achtergrond, maar als je het me eerlijk vraagt: het Alpha-podium is wat te groot voor een singer-songwriter. Wat ik trouwens vreemd vond, waren al die vrolijke, lachend meezingende meisjes bij het nummer The A Team. Heb je de tekst wel eens gehoord? Hoe is DIT om te lachen? Van daaruit gingen we naar het Lima-gebied en hoorden we Atri N’Assouf op de achtergrond, relaxed vanuit het gras (zoals we dat weekend zoveel meer hoorden vanuit het gras en in de schaduw). Van dat gras naar ander gras: wederom op de Alpha-heuvel, waar Me First And The Gimme Gimmes een matig optreden gaven. Leuk hoor, ‘all hits, no fillers!’ en ‘the next song is a cover’, maar na een halfuur heb je het wel gehad met die geintjes en wil je gewoon echte kneiters horen. Waarom wel al die halfslachtige nephits maar geen punkversie van Call Me Maybe? Naast mij vielen drie man in slaap op de heuvel. Nuff said.
  Ik weet nu, een ruime week later, niet zo goed meer waarom we niet zijn gebleven tot Bloc Party, maar het eerstvolgende wat we zagen was een stukje Feist, wat niet echt kon boeien. Het leukste was dat op het grote scherm naast het podium ‘Free Pussy’ te lezen was, vermoedelijk was het woord ‘Riot’ weggevallen. Na een paar nummers spoedden we ons al naar de Lima voor Movits! Hét leukste feestje van het hele weekend, bleek al snel: Zweedse rap in de mix met swing en jazz, een gouden combi. Tutu tudududu! Een uur show en twee toegiften later… 80’s en 90’s! Of toch niet, want wat een belabberde dj! Dan maar een biertje bij de tent.

Zaterdag
Er schenen tien Lowlandstickets te winnen te zijn, dus op naar de Alpha voor de Popquiz. Ik kan je vertellen: weinig zo frustrerend als het verzenden-pictogram niet uit het beeldscherm van je telefoon te zien verdwijnen en vervolgens te horen te krijgen dat je géén tien Lowlandstickets hebt gewonnen. BOEHOE! Dan maar een biertje en een schaduwspot opzoeken. Inmiddels was schaduw een zeer schaars goed geworden, maar bij de Avonduren (ik zal niet doen alsof ik hier ook maar íets van heb meegekregen) vonden wij nog een klein lapje. Het kwik was inmiddels aardig opgelopen, en hoewel Het Watergevecht pas later die middag zou losbarsten, werd er al aardig wat in de rondte gespoten.
   Nadat we onszelf uit de schaduwzone verwijderden, gingen we niet naar Het Watergevecht, maar naar Willy Moon, old school vetkuif-rock-‘n-roller met synths, beats en alles. Ook hier: veel te heet. Dus na een kwartier op naar de camping voor ons eigen watergevecht in het toiletgebouw op camping 3. Daar zagen we wat het watergevecht elders op het terrein met de waterdruk op heel Lowlands had gedaan: het duurde zo’n 10 minuten om een flesje water te vullen. En geloof me, als je 10 minuten naar druppelend water hebt gekeken bij 30+ graden, wil je dat water liever opdrinken dan over iemand anders heen gooien. Kort daarna bleek het echt menens, en zagen we een bekende bijna van de wereld raken door warmte en/of uitdroging. Tijd om weer eens schaduw te pakken en bij te tanken, letterlijk en figuurlijk. Een frisje en iets te eten, en oja: water water water water water.
   Dope D.O.D. hebben we maar overgeslagen, evenals alle andere acts die er rond die tijd op het programma stonden. Pas rond Charles Bradley & His Extraordinaires kwamen we weer in actie. Op de achtergrond luisterden we naar een deel van een aangenaam klinkende show, waarna we bij zonsondergang (eindelijk: draaglijke temperaturen!) vertrokken naar The Whitest Boy Alive. Hoewel het ongeveer de zesde keer was dat ik ze zag, was het wederom een heerlijk optreden. Toen hebben we toch maar even gekeken bij Skrillex (oja, wobwobwob, lasers, vlammenwerpers… Zullen we maar weer gaan dan), om vervolgens terug te gaan naar de Lima om Krema Kawa te luisteren (voor de verandering: vanuit het gras). Daarna Russendisko, maar het spannendste dat daar gebeurde was een potje touwtjespringen. Alpha Disco in de Grolsch (?) was beter te doen, maar net als op vrijdag waren de dj’s van twijfelachtig niveau. En dus kozen we weer voor biertjes op de camping, tot in de kleine uurtjes…

Zondag
Brak! En dit moest de heetste dag van alle Lowlandsdagen worden, dus er stond ons nog wat te wachten… Te beginnen met C2C, het Franse draaitafelkampioenenkwartet. Het was eigenlijk te heet om in de tent te staan, maar ik meen dat we het toch een ruim halfuur hebben volgehouden. Niet dansen op de beat, maar wapperen met je programmaboekje op de beat. Het is weer eens wat anders.
   Na C2C volgde een wandeling langs de marktkraampjes (All Stars voor 20 euro?!) en de platenzaak, en daarna WATER en SCHADUW, de beste vrienden van iedereen die Lowlands 2012 heeft meegemaakt. Als ik nu het programmaboekje bekijk, besef ik me hoeveel ik NIET gezien heb, en hoe jammer dat eigenlijk is, maar met ongeveer 35 graden en een nog hogere gevoelstemperatuur kón het bijna niet anders. Het gebeurt niet vaak dat ik een shirt onder de koude kraan houd voor ik het aantrek, of dat ik een flesje water vul om te drinken en het tussendoor een paar keer over mijn hoofd leeg giet, maar ik maak het dan ook niet vaak zo warm mee… De Lowlandsbeveiligers ook niet, overigens: er is mij verteld dat 70% van de securitymensen tijdens de Lowlands-zondag is uitgevallen. Nuff said.
   Tegen de tijd dat het Kyteman Orchestra bijna zou gaan spelen, verzamelden we moed om de Alpha binnen te treden (ik heb horen zeggen dat er die dag ergens in die tent 60 graden is gemeten). Het bleek zeer de moeite waard. Met open mond en tranen in mijn ogen kwam vooral Preaching to the Choir keihard bij me binnen, niet in de laatste plaats omdat ik (net als in 2011) de dag vóór Lowlands een heftige condoleance had bezocht. De intensiteit van het nummer greep me bijna letterlijk bij de strot. Hoe dan ook, het blijft heel bijzonder om de mix van klassieke en allerlei andere muziek live op een festival te zien en horen. Wát een performance. Daarmee was het zeker het bijzonderste en heftigste optreden van het weekend.
   Na Kyteman bleven we even hangen om het begin van de Foo Fighters af te wachten. Een show van meer dan twee uur vond ik te lang, maar het begin was zeker de moeite waard. Wát een podiumbeesten, wát een inzet, wát een power… Daarna knalden we door naar de Tïtty Twïster, alwaar we lekker op de bank hebben gehangen en Hardrock Karaoke hebben gekeken. Grappig om te zien hoe weinig de één ervan terecht brengt om zo’n nummer mee te blèren, maar er soms ineens iemand een nummer keihard rockt.
   Je zou zeggen, hoe moet je die laatste Lowlands-avond anders afsluiten dan bij Kees van Hondt? Nou, zo zie ik dat inmiddels niet meer. Ten eerste: tijdens deze warmste nacht sinds 1906 was het daar gewoon te héét voor. Ten tweede: is het nou zo’n laf feestje geworden of ligt dat aan mij? Geen picknicktafels, geen kliko’s, geen dranghekken, geen vloerplanken en nauwelijks crowdsurfers in de lucht… Jammer, jongens! De charme was er wel een beetje vanaf. Maar los daarvan was het een geweldig weekend. En dan heb ik het nog niet eens gehad over die vermelding van De Bakkerij in de Daily Paradise (pag. 11 onderaan)!

Maandag
De terugreis. Altijd jammer. Maar ook dit was met de auto een stuk beter te pruimen. Rustig aan in de file met de airco aan (die ik overigens wel zie als veroorzaker van mijn verkoudheid) en halverwege ergens een terrasje pakken en een heerlijke burger wegwerken, dat is toch stukken beter dan door de warmte met je tas zeulen en jezelf in een overvolle bus/trein proppen om enkele uren later volledig gesloopt naar huis te moeten sjokken.
   Al met al vond ik het een geweldig weekend. Of beter gezegd: een zinderend weekend. Ik heb heel weinig gezien, maar wel heel veel lol gehad… Lowlands is HOT! En het heuglijke nieuws is dat mijn jongste broer(tje) daar inmiddels ook van is overtuigd, dus die gaat waarschijnlijk weer vrolijk mee volgend jaar. Ik zeg: donderdag 15 augustus 2013, camping 3? Tot dan!

Uit Je Bak!

Er is maandenlang vergaderd en georganiseerd.
Er is wekenlang geklust en geregeld.
Er is dagenlang gesjouwd en getimmerd.

Het Uit Je Bak Festival, dat voor de hardwerkende vrijwilligers beter Aan De Bak had kunnen heten. Zaterdag een hele dag, van acht uur ’s ochtends tot half één ’s avonds slepen en sjouwen met tafels en stoelen en fusten en podiumdelen onderdelen van de bars en de zelfgebouwde podia. Zondag wederom vroeg op om de techniek, de bars en het decor in orde te maken, gevolgd door Het Festival. En dan maandag, compleet gesloopt, weer tot laat in de avond aan het werk om het veld weer brandschoon te krijgen, alsof er nooit een festival heeft plaatsgevonden.

Maar als je ziet wat die vrijwilligers in zo’n korte tijd uit de grond stampen, dan is het de moeite waard. Als je de zon over de hoofden van de bezoekers ziet schijnen en de muziek door het park hoort schallen, dan is het héél erg de moeite waard. Zelfs aan het einde van de rit, als je kreunend opstaat van de pijn in je protesterende benen, als de splinters van het pallethout in je handen staan en de wallen onder je ogen je kaaklijn naderen, is het de moeite waard.

Hoewel ik op de dag van het festival ’s ochtends nog letterlijk met een onweerswolk boven mijn hoofd stond te vloeken en liep te stressen, brak aan het begin van de middag de zon door en verscheen er een grote glimlach op mijn gezicht. Ik was op mijn allervriendelijkst en allervrolijkst in de muntencaravan, draaide als DJ Tess. de grootste kneiters in de Silent Disco (voor mij toch wel het mooiste uurtje van de dag), beulde twee uur lang achter de bar, danste mijn heupen los bij Cirque Valentin en heb daarna nog een paar uur kei- en keihard genoten van het prachtige festival. De zon, de muziek, de kunst, de heerlijke burgers en al die vrolijke mensen…. Tot de laatste noten werden gespeeld en het zowaar weer begon te regenen.

Al dat op- en afbouwwerk, dat vergeten we gewoon. Volgend jaar doen we het allemaal weer helemaal opnieuw. Maar dan met andere wijnbekertjes (die niet in duizend scherven uit het gras moeten worden gepulkt), thank you very much!